De kring van boomstammetjes in verschillende lengtes en verschillende diktes staat voor de gemeente in al haar verscheidenheid. De rozen in de vaasjes: voor elke ambtsdrager een roos; de roos is het symbool voor het ambtsgeheim. De nieuwe ambtsdragers zijn uit het midden van de gemeente gekozen en hebben de taak om de eenheid in de gemeente te bewaren en op te bouwen, gesymboliseerd door het koord om de stammetjes bijeen te houden.
Vrouwenmantel: de onderlinge liefde ligt als een warme mantel/ deken over de boomstammetjes, in dit geval de gemeente. De grote bladeren van de vingerplant staan voor Gods bescherming : Hij draagt en beschermt de gemeente. Gods trouw wordt weergegeven door de klimopranken.